Boskma bouwde noodbrug Burgum
NieuwsJacob Boskma met de foto van De Verandering, het skûtsje waarin hij werd geboren, opgroeide en waarmee hij in de oorlog hielp een noodbrug te bouwen. (Foto: Klaas Rozema)
Burgumer maakte skûtsje De Verandering onderdeel van bevrijdingsroute
Boskma bouwde noodbrug Burgum
“Wy hiene niks belibbe yn ‘e oarloch. Dit wie wer ris wat oars!”
BURGUM – Met een luide knal vernielden de Duitsers de vroegere brug bij de Burgumerdaam. Burgumer Jaap (Jacob) Boskma (nu 87) zag het gebeuren en hielp bij het bouwen van een noodbrug in de nacht van 14 op 15 april 1945. De brug hielp de Canadezen naar de overkant, zodat Burgum kon worden bevrijd.
Het is zeventig jaar geleden, maar Jacob Boskma vertelt erover met het enthousiasme alsof het de dag van gisteren betreft. De toen zeventienjarige jongen merkte dat het onrustig was in de buurt van zijn ouderlijk huis, op de Burgumerdaam. Het was 14 april 1945. “Ik hearde fan alles, sjitten, allegear?tumult”, vertelt hij. “Ik hearde in lûde knal, dat wie de Foanejachtbrêge dy’t opblaasd wie. En doe seach ik in Dútser mei sa’n pomp.” Boskma doelt op een explosief: de soldaat rolde een draad uit van de Burgumerdaam naar een steegje tegenover hun huis. “De draaibrêge waard wat iepen set en waard doe opblaasd.”
Ondergrondse opdracht
De Duitsers blokkeerden zo de oversteek en de doorvaart bij de Burgumerdaam. De bevrijders zouden er dus niet langs kunnen. Diezelfde middag nog kwam er iemand van de ondergrondse langs bij de familie Boskma. Hij gaf de opdracht dat op zondagochtend om zeven uur hun skûtsje De Verandering moest afmeren aan de oostkant van de vernielde brug.
“Op dat skûtsje bin ik berne en haw ik oant myn ienentweintichste wenne”, zegt Boskma. De zeventienjarige Burgumer was enthousiast dat hij mocht helpen met het bouwen van de brug. “Wy hiene niks belibbe yn ‘e oarloch, no. Dit wie wer ris wat oars!”
Om middernacht stond verzetsman Age Nagel voor de deur. Het werk aan de brug was begonnen. De tjalken moesten nu naar de dam gebracht worden. De Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten in hun blauwe overalls stonden op wacht. Het wachtwoord was ‘griene sjippe’.
In totaal werden zeven schepen naast elkaar gelegd om het kanaal te overbruggen: een zelflosser, een tjalk, een klipper met volgens Boskma schippers uit Dokkum, het skûtsje De Twee Gebroeders (nu de ‘Nynke’) van zijn oudoom T. van der Veen, De Drie Gebroeders van P. van der Wal en bij de kade het skûtsje De Verandering van de familie Boskma. De drie Burgumer skûtsjes varen nog steeds.
Tanks steken over
De noodbrug werd die nacht gebouwd onder leiding van timmerman/architect Pieter Kingma, vertelt Boskma. Op de schepen werden vaten geplaatst van tweehonderd liter (van de NTF), met daar bovenop een laag beschoeiingshout (van houthandelaar Halbe Dalstra en de provincie Fryslân), daaroverheen houten elektriciteitspalen (net gelost uit een schip) en daaroverheen weer een laag beschoeiingshout.
Op 15 april om zeven uur ’s ochtends stak de eerste tank, met een gewicht van 25 ton, de noodbrug over. De Verandering zakte zo diep in het water dat de tank een helling van 45 graden op moest om op de kade te komen. De chauffeur gaf vol gas, maar door de schok ging een mitrailleur af. Een dakgoot van de woning er tegenover werd door de kogels vernield. De volgende tankbemanningen wisten nu dat ze het wat rustiger aan moesten doen.
Rond tien uur was de helft van de B-compagnie Canadian Royal Dragoons met dertien tanks het kanaal over. De noodbrug was inmiddels stuk. “De oare tanks gongen oer Skûlenboarch”, zegt Boskma. “Wy moasten wer opnij begjinne mei it bouwen fan de brêge. Dy wie finaal kapot. It ferkear moest fansels wol trochgean. De Dútsers wiene yntusken al fertrokken en doe’t de brêge wer klear wie, wie ik hiel bot oan sliep ta.” En wat zal hij lekker hebben geslapen: Burgum was immers bevrijd!
De herstelde noodbrug heeft er zo’n drie weken gelegen, vertelt Jacob Boskma. Daarna werd deze vervangen door een brug op pontons. Die konden uiteen, zodat er ook weer schepen door konden varen.
Wat wilde Boskma graag dat er foto’s waren van de noodbrug die hij hielp bouwen. Een zoektocht leverde tot nu toe niks op. Een vergeelde foto van De Verandering hangt pontificaal in zijn woonkamer. Het skûtsje herinnert hem niet alleen aan zijn jeugd, maar zeker ook aan dit avontuur in de oorlog.
De vernielde brug bij Burgumerdaam, 14 april 1945. (Foto: Streekmuseum/Volkssterrenwacht Burgum)
Dropping
Franse commando’s wilden een belangrijke brug bij Appelscha in bezit nemen. Als afleidingsmanoeuvre werden er in een weiland tussen Harkema en Opeinde dummies gedropt, knuffelberen bijvoorbeeld met kogels op een plankje zodat er een ontploffing zou volgen. De Duitsers gingen er op af. De commando’s konden zo redelijk ongestoord de brug bij Appelscha bezetten.
Brug bezetten
De bevrijders kregen de opdracht om bruggen over kanalen te bezetten, zodat de Duitsers niet konden ontsnappen en zich in hun thuisland konden hergroeperen. Als de Duitsers een brug over waren, bliezen ze die op zodat ze niet meteen konden worden achtervolgd. Door de bruggen te bezetten voordat de Duitsers kwamen, werd dus ook heel veel schade voorkomen.
Blauforlaet
Ook de brug bij Blauforlaet werd door het verzet veroverd. Soldaten uit Achtkarspelen zorgden ervoor dat de Duitsers die de brug bewaakten, zich overgaven. Duitse officieren op schepen deden twee keer een tegenaanval, maar werden verslagen.