Meint Scheenstra, de langste persoon achteraan, in een zuivelfabriek in Colombia in 2015.
Meint Scheenstra, de langste persoon achteraan, in een zuivelfabriek in Colombia in 2015. Foto: Ingezonden

Burgumer Meint Scheenstra werd
globetrotter als kaasmaak-adviseur

De in Wytgaard geboren Meint Scheenstra (74), wonend in Burgum, heeft na zijn pensionering niet stilgezeten. In tien jaar reisde hij naar 23 landen, om zuivelbedrijven op vrijwillige basis te adviseren op het gebied van kaasmaken (meestal) en soms ook het maken van yoghurt. Die reizen heeft hij beschreven in het boek ‘Reis met Meint de wereld rond’.

Door Gerrit van der Meer

Scheenstra leerde het vak van zuiveltechnoloog in Almelo, begin jaren zeventig. Daarna had hij diverse functies: als kaasmaker, locatiemanager en directeur van zuivelfabrieken, onder andere in Burgum, Oosterwolde en tot slot Gerkesklooster. Die managementfuncties had hij wellicht mede te danken aan een tweede opleiding: MO economie.

PUM-mers zijn vrijwilligers

In 2009 ging hij met pensioen en werd meteen vrijwilliger als PUM-mer. PUM staat voor: Programma Uitzending Managers, in 1978 opgericht door de toenmalige christelijke werkgeversorganisatie NCW (later gefuseerd met VNO tot VNO-NCW). Die managers zijn Nederlanders, die – meestal gepensioneerd – hun deskundigheid op hun vakgebied graag ten dienste stellen van het midden- en kleinbedrijf in arme landen. Het ministerie van Buitenlandse Zaken (Ontwikkelingssamenwerking) is mede-financier.

Geen ‘vakantielanden’

De PUM-mers worden uitgezonden naar bijvoorbeeld landen in Noord- en West-Afrika, Oost-Afrika, het noorden en noordwesten van Latijns-Amerika en landen in Zuidoost-Azië. Meint Scheenstra ‘deed’ in tien jaar veertig projecten, dus een gemiddelde van vier per jaar. Daarvoor reisde hij 32 maal naar het buitenland, naar 23 verschillende landen. Ook naar landen die je niet als ‘vakantieland’ zou bestempelen, maar eerder als ‘gevaarlijk’!

Die reizen en projecten beschrijft hij in het boek ‘Reis met Meint de wereld rond’. Het is te koop bij boekhandel Burgum in de Schoolstraat. Het boek is vrij zakelijk en niet foutloos geschreven, maar geeft wel een aardige indruk van het reilen en zeilen van een vrijwillige PUM-adviseur.

Tegenslagen verwerken

Die 32 reizen waren beslist geen vakanties! Sterker nog, Scheenstra moest menigmaal tegenslag verwerken, zoals stroomstoringen, (dus) verstoken zijn van internet en het niet nakomen van afspraken door bedrijven die hij zou adviseren. Ook langdurige douanecontroles hoorden bij de ‘pleziertjes’ van deze PUM-vrijwilliger.

‘Ereburger’

Daar staat tegenover dat hij een paar keer tot ‘ereburger’ is benoemd in streken waar hij aan het werk ging. Bovendien is er een kaas naar hem vernoemd. Van gebrek aan erkenning was meestal geen sprake, vooral niet onder de mensen die het praktische werk van kaasmaken moesten verrichten.

Scheenstra reisde in tien jaar naar 23 landen

Meint Scheenstra reisde als PUM-mer, met kaasmaken als zijn specialiteit, in tien jaar naar 32 projecten in 23 verschillende landen en ‘deed’ daarnaast – zonder te reizen – nog acht andere projecten. Die landen lagen ver uit elkaar: van Congo in midden-Afrika tot Indonesië in zuidoostelijk Azië, tot Colombia (vijf maal) in noordelijk Zuid-Amerika.

Maar ook de Palestijnse Gazastrook, China, Rwanda, Mali en Marokko (vier maal). Kortom: hij werd een echte globetrotter. Dat maakt – voor wie nieuwsgierig is naar de wereld buiten de bekende vakantiebestemmingen – het boek van Scheenstra interessant.