Jan Ketelaar met zijn eerste stalen vis voor zijn standbeeld ‘De staat van Nederland’.
Jan Ketelaar met zijn eerste stalen vis voor zijn standbeeld ‘De staat van Nederland’. Foto: Actief Media

Jan Ketelaar kan opgekropte wrok kwijt in
nomadische installatie met in totaal 490 vissen

Wat doe je als je last hebt van opgekropte wrok? Jan Ketelaar heeft er een oplossing voor gevonden. Voor alle momenten dat iemand hem in zijn ogen onrechtvaardig behandelde maakt hij een metalen vis. Het moet leiden tot een nomadische installatie over verandering en verzoening met in totaal 490 vissen.

De ogenschijnlijk altijd vriendelijke kunstenaar uit Drachten heeft naar eigen zeggen een schaduwkant. “Ik wol hieltyd leaf wêze, mar dat slagget my net, omdat ik in wrokkich persoan bin, en dat fyn ik in enoarm minne eigenskip.” Hij vertelt dat hij lang met rancune kan blijven rondlopen. “Sy sizze dat ik it loslitte moat en dat ik ferjaan moat. Mar hoe doch ik dat?”

Toen hij recent met iemand ‘spul’ had, ontdekte hij een manier om de wrok een plek te geven. Iedere keer als hij langs de woning van deze persoon liep, kon Ketelaar het niet laten om binnensmonds een paar krachttermen te gebruiken. Tot hij op een dag een metalen vis had gemaakt en hij een gevoel van berusting kreeg. “Ik rûn dêr del en sei: ‘Gods liefde en zegen toegewenst’. Dat fielde sa goed.”

Tijdens de eerste lockdown zat Ketelaar drie maanden ‘vast’ in Italië. Om de tijd te doden begon hij met het maken van vissen uit olijvenhout. Deze vissen zijn nu te zien in galerie OPWEST op Terschelling, samen met schilderijen van collega-kunstenaar Wilma Geerts, die onderwaterleven schildert. “Dat is moai, it wurkjen mei hout. Ik ha noch efkes twifele oft ik net fierder gean moast mei hout, mar doe’t ik hjir wer wie, bin ik dochs mar wer fierder gong mei metaal.”

In zijn werkplaats in Drachten vervaardigde de kunstenaar een aantal vissen van metaal, waarna hij op een dag het moment van bezinning kreeg en eindelijk kon vergeven. Hij besloot daarop een nomadische installatie te maken over verandering en verzoening. Er worden 153 stalen vissen gelast, daarvan worden in totaal 490 bronzen exemplaren gegoten, aan de hand van een mal. Beide getallen verwijzen naar de Bijbel, het eerste getal naar de wonderbare visvangst in Johannes 21:11. “De dissipelen sitte te fiskjen en sizze dan tsjin Jezus: ‘Wy fange gjin kloaten’. Dan seit Jezus: ‘Jimme moatte de netten oan de oare kant fan de boat hingje’. Dan fange se 153 fisken.” Het getal 490 verwijst naar Matteüs 18:21-22, waarin Jezus tegen Petrus zegt dat je 7 maal 70 keer moet vergeven.

Het is de bedoeling dat het werk op meerdere plaatsen ter wereld worden tentoongesteld, samen met de schilderijen van Geerts. De eerste locatie wordt een vuurtoren in Denemarken. Daarna reizen de vissen door naar onder andere IJsland, Brisbane in Australië en het Meer van Galilea in Israël. “By de Mar fan Galilea wol ik minsken freegje om mei syn allen mei in fisk yn de hannen te kuierjen, om dêrnei meiinoar te iten. Dat liket my sa moai ta.” Ketelaar wil het combineren met het WK irrigeren in de Sahel. “Dit wol ik al hiel lang útroppe. Dat kin dan moai wêze. Ik wol in grut gebiet wer grien meitsje.”

Wanneer de installatie klaar is en wanneer dus het WK irrigeren plaats kan vinden is nog niet bekend. “As ik alle moannen in fisk meitsje, dan haw ik oer tsien jier al 120 fisken. Dat moat wol slagje.”

De werkplaats van Ketelaar is geopend tijdens de Open Sluis dagen, 1 tot en met 4 juli, 13.00 - 17.00 uur, Tussendiepen 6 te Drachten.