Sonac "blijft investeren in geurbeheersing"
Sonac in Burgum, onderdeel van een Amerikaans bedrijf, zal blijven investeren in het beperken van geuroverlast. Dit meldt woordvoerder Sjors Beerendonk, naar aanleiding van de melding van de provincie Fryslân, dat Sonac niet meer voldoet aan de meest recente eisen op het gebied van geurhinder.
“We hebben kennis genomen van de plannen van de provincie Fryslân en gaan daar nu naar kijken. Geurbeheersing heeft altijd onze aandacht en recentelijk hebben we in dat verband nog voor 4,5 miljoen euro een aantal belangrijke investeringen gedaan”, reageert Beerendonk desgevraagd.
De provincie Fryslân meldde vorige week dat Sonac Burgum niet aan de geureisen van 2019 voldoet. Die vervangen de geureisen van 2005, waaraan Sonac wel voldeed. De nieuwe geureisen zijn strenger.
Maandag 8 maart werd er gewerkt aan de hoogste pijp van Sonac Burgum in Sumar. Een grote kraan van Wagenborg en een kleinere kraan werden hiervoor ingezet. “Hier is sprake van regulier onderhoud”, schrijft woordvoerder Beerendonk van Sonac via e-mail op vragen van Weekblad Actief.
Verwerking slachtafval
Sonac verwerkt in Sumar slachtafval tot producten die kunnen worden gebruikt als of toegevoegd worden aan voedingsmiddelen, honden- en kattenvoer, overige diervoeders, kunstmest- en farmaceutische producten. Het gaat om eiwitten, mineralen, vetten, gelatine en andere speciale ingrediënten. Het bedrijf maakt deel uit van het Amerikaanse concern Darling Ingredients.
Het bedrijf heeft in de jaren negentig miljoenen geïnvesteerd om de stankoverlast te beperken. Bovendien zijn toen ongeveer twintig woningen die dicht bij de fabriek in Sumar stonden, opgekocht en gesloopt. Er werd rond ‘it stjonkfabryk’ een zogeheten geurcontour gelegd, die behalve een deel van Sumar ook een deel van Burgum besloeg. Vandaar dat het ‘Wetter- en Willepark’ bij Burgum ongeschikt wordt geacht voor woningbouw.
Sumar rond fabriek gebouwd
De fabriek is in 1925 opgericht opgericht door de Amsterdams-joodse ondernemer José Vigeveno en kreeg de naam 'Nederlandse Thermochemische Fabrieken' (NTF). Er werden kadavers en slachtafval verwerkt. Het dorp Sumar is daar later als het ware omheen gebouwd. Vigeveno heeft de 'holocaust' niet overleefd, maar hij had er wel voor gezorgd dat het bedrijf kon voortbestaan.