Vergunning vergister blijft; Marrumers strijdbaar
MARRUM - Het besluit van Gedeputeerde Staten om de vergunning voor een grote co-vergister aan de Botniaweg bij Marrum niet in te trekken mag van de rechtbank in stand blijven.
De rechtszaak werd aangespannen door meer dan twintig omwonenden en de stichting Duurzaam Marrum. Zij vinden de vergunningen uit 2008 en 2011 achterhaald. De Marrumers betreuren het besluit van de rechter, maar gaan door met hun strijd. Nathal Prins, voorzitter van Stichting Duurzaam Marrum: "Het feit dat de milieuvergunning in stand blijft, betekent nog niet dat de biovergister er komt. Op dit moment zijn er voor zover ons bekend geen concrete plannen en als die er wel komen, zijn er volgens ons genoeg praktische belemmeringen of juridische mogelijkheden om het plan te keren."
Ze geeft enkele voorbeelden. "Voor realisatie is een gasleiding van enkele kilometers nodig en aankoop van een stukje grond. Een drietal grondeigenaren wil daar niet aan meewerken. Verder mag volgens het bestemmingsplan maar een deel van het perceel voor een biovergister worden gebruikt en was het plan van Engie het hele perceel te benutten. De subsidie staat nog op naam van Engie en vervalt waarschijnlijk dit jaar. Energiebedrijf Engie heeft zich in september 2017 teruggetrokken. De nieuwe eigenaar RSD Vastgoed heeft in maart bij de rechtbank aangegeven nog alle mogelijkheden voor het perceel te onderzoeken en de vergunning voor de vergister te willen houden." De Marrumers vinden een biovergister niet milieuvriendelijk omdat in de praktijk voor de vergisters geen lokale mest wordt gebruikt en het digistaat naar het buitenland wordt vervoerd.
"Bij een andere vergister in Marrum, op het bedrijventerrein Nieuweweg, is bijvoorbeeld volgens medewerkers van dat bedrijf de dikke mestfractie afkomstig van kalvermesterijen op de Veluwe en gaat de dikke fractie van het digestaat vooral naar Frankrijk. Ook is er, anders dan voorgespiegeld, geuroverlast. Er zijn veel argumenten om niet nog een biovergister te willen. Ook wordt mestvergisting in het bestuursakkoord van Gedeputeerde Staten niet meer genoemd in de duurzame-energieparagraaf, anders dan vier jaar geleden."