Zaterdag en zondag is de Nationale Bijentelling. Loop een half uur door je tuin en tel de bijen die je ziet voor Nederland Zoemt.
Zaterdag en zondag is de Nationale Bijentelling. Loop een half uur door je tuin en tel de bijen die je ziet voor Nederland Zoemt. Foto: Pixabay

Tel op 13 of 14 april een half uurtje bijen in je tuin

BURGUM - Op 13 en 14 april organiseert Nederland Zoemt voor de tweede keer de Nationale Bijentelling. Op de website www.nederlandzoemt.nl/doe-mee/bijentelling/ vind je een instructievideo waarin precies wordt verteld hoe je mee kunt doen.

Op dezelfde website kun je ook een telformulier downloaden. Hierop staan de afbeeldingen van negen soorten bijen, zeven soorten hommels en zeven soorten zweefvliegen die mensen in het voorjaar in hun tuin kunnen aantreffen.

In Nederland vliegen bijna 360 soorten wilde bijen. Diverse organisaties willen graag weten hoeveel exemplaren er van elke soort zijn. LandschappenNL, Naturalis, IVN Natuureducatie en Natuur & Milieu hebben zich verenigd onder de projectnaam Nederland Zoemt. Hun doel is het structureel vergroten van voedselaanbod en nestgelegenheid voor wilde bijen in Nederland.

Bijengidsje op website

Voor wie de verschillen tussen de vele soorten bijen niet kent, is er een handig bijengidsje samengesteld. Ook deze kan worden gedownload via de site van Nederland Zoemt.
In het gidsje staan de twintig bijensoorten, die van eind maart tot half mei voorkomen in Nederlandse tuinen, uitgebreid beschreven. Omdat het best lastig is om bijen te onderscheiden van zweefvliegen en wespen, staan ook enkele hiervan in het gidsje vermeld.

In de bijengids staat te lezen: "Sommige zweefvliegen lijken door hun beharing sterk op bijen. Toch zijn er een paar uiterlijke verschillen. Zweefvliegen hebben bijvoorbeeld maar twee vleugels, bijen hebben er vier. Dit is niet altijd makkelijk te zien, omdat de voor- en achtervleugels van bijen vaak over elkaar liggen, waardoor het lijkt alsof ze twee vleugels hebben. Je kunt ook naar de lengte van de voelsprieten op de kop kijken: bijen hebben lange sprieten, zweefvliegen meestal korte. Ook hebben bijen kaken onderaan hun kop, vliegen hebben alleen een tong."

Meedoen is eenvoudig

De helft van alle bijensoorten in Nederland is bedreigd. Dit heeft grote gevolgen, omdat tachtig procent van de eetbare gewassen afhankelijk is van bestuiving.
Hoe meer meer er bekend wordt over bijen, hoe beter ze kunnen worden geholpen.

Meedoen aan het landelijk bijenonderzoek is niet moeilijk. Loop op 13 of 14 april één rondje door je tuin en noteer gedurende een half uur alle soorten en aantallen bijen die je ziet. In plaats van tellen in je tuin, mag je natuurlijk ook tellen op bijvoorbeeld het schoolplein en zelfs wel op een balkon. "Ieder gebied van tien tot vijfentwintig vierkante meter is goed. Het is wel belangrijk te tellen bij droog, en het liefst zonnig, weer."

Als er van een bepaalde soort bijen zoveel in je tuin vliegen, dat je ze niet kunt tellen, kun je een schatting maken. Handig is dan om eerst de soorten te tellen die je ziet, en daarna pas de aantallen vast te stellen.

Je kunt de soorten en aantallen die je aantreft eerst noteren op het gedownloade telformulier van Nederland Zoemt, maar uiteindelijk is het de bedoeling dat de getallen worden ingevuld op de daarvoor bestemde pagina op www.nederlandzoemt.nl.

De gegevens worden opgeslagen in het landelijke databestand. Hiermee wordt duidelijk gemaakt welke soorten veel in tuinen voorkomen en welke soorten voor- of achteruit gaan in aantal.