"Informeren WMO-cliënten kan beter"

BEETSTERZWAAG - De informatie die de gemeente Opsterland aan WMO-cliënten geeft, kan op onderdelen beter. Dit erkent het college van b. en w. in reactie op een brief van de onafhankelijke Adviesraad Sociaal Domein.

De reactie van het college dateert van 19 maart 2019, het onderzoek waarop het advies gebaseerd is, slaat op de werkzaamheden in 2017. Het onderzoek vond plaats in 2018, het advies dateert van 27 december 2018. B. en w. beloven vanaf dit jaar "mensen eerder in het proces te bevragen", om zo een "scherper en mogelijk reëler beeld" te krijgen.

Voorzitter van de Adviesraad Trees Flapper schrijft op basis van het onderzoek, dat men de Gebiedsteams van de gemeente steeds beter weet te vinden. Maar te weinig WMO-cliënten zijn er van op de hoogte, dat ze een beroep kunnen doen op een onafhankelijke cliëntondersteuner.
Ten opzichte van 2016 is in 2017 "slechter gescoord" als het gaat om hulp en ondersteuning. Het percentage cliënten dat aangeeft dat er "meer hulp en ondersteuning" nodig is, nam toe van vijf naar dertien procent. B. en w. beloven de effecten van hulp en ondersteuning "beter te gaan monitoren". Ook de informatievoorziening over mantelzorg kan wellicht nog beter. De gemeente gaat hierover graag in bespreking met de Adviesraad.

De Adviesraad constateert namelijk dat "bijna de helft van de respondenten" (= WMO-cliënten die meededen aan het onderzoek; red.) aangeeft "dat ze niet weten waar ze terecht kunnen voor informatie" over mantelzorg.