Korfbalscheidsrechter Bert Blauw fluit wedstrijden op verschillend niveau.
Korfbalscheidsrechter Bert Blauw fluit wedstrijden op verschillend niveau. Foto: Ingezonden

Korfbalscheidsrechter Bert Blauw is nooit uitgeleerd

OPEINDE - Korfbalscheidsrechter Bert Blauw uit Rottevalle is veertig jaar actief als scheidsrechter voor Korfbalvereniging KC De Pein, floot op het allerhoogste niveau en is heden ten dage meer en meer in de regio actief.

Blauw heeft de scheidsrechterscursus indertijd succesvol afgerond, en is meteen begonnen met fluiten in de Afdeling Friesland. De diversiteit van het arbitreren spreekt hem enorm aan. "Je raakt nooit uitgeleerd.", aldus Blauw. Omdat het nog steeds leuk is om te doen, fluit hij. En omdat het KC de Pein wat oplevert. "Maar als het niet meer leuk is, stop ik meteen."

Momenteel is Blauw actief op diverse niveaus en bij verschillende leeftijdscategorieën, van jeugd tot senioren. "En dat bevalt prima, zo dicht in de buurt." Bij de hoogste klassen ging hij vaak het hele land door. Wedstrijden werden dan vaak kort van tevoren toegewezen. "Nu weet ik eerder welke wedstrijden ik heb en kan ik daar op inspelen. Maar het hele weekend staat nog immer in het teken van fluiten."

Als Blauw wordt gevraagd naar zijn favoriete spelregel, noemt hij als eerste: "het beginsignaal van de wedstrijd." Het tekent de drive en motivatie om wedstrijden volgens de spelregels tot een goed einde te willen brengen. "Voordeel geven, en er komt bijvoorbeeld een doelpunt tot stand, is een ultieme beslissing." Volgens hem is het niet gepast om als scheidsrechter er bij te juichen.

"Als scheidsrechter moet je vele zaken in de gaten houden. De tijd zelf, je samenwerking met je assistent, de jury en uiteraard het spelbeeld. Als er bijvoorbeeld nog maar enkele tellen te spelen zijn, geven verdedigers meer druk, waardoor de kans op overtredingen ook weer toeneemt."

Heden ten dage wordt er in de eerste klasse ook met schotklok gespeeld. Blauw leidt die wedstrijden alleen, met de jury achter de tafel. "Het zou mooi zijn als de schotklok op lagere niveaus ook ingevoerd kunnen worden." Jarenlang floot hij met een assistent. "Twee zien meer dan één. Ze willen in de toekomst met twee scheidsrechters verder. Daar wordt mee geëxperimenteerd, waarschijnlijk eerst in de hogere klassen. Of het voor mij in de toekomst nog van toepassing is? Dat valt nog te bezien." Dan dienen er sowieso voldoende scheidsrechters opgeleid te worden.

Belangrijkste eigenschappen van een scheidsrechter vindt Bert spelregelkennis, conditioneel topfit zijn, uitstraling, fatsoenlijk in scheidsrechterstenue verschijnen, in het bezit zijn van een korfbalachtergrond en spelsituaties aanvoelen. "Des te hoger het niveau, des te hoger de handelingssnelheid van de spelers. In lagere klassen verloopt het spel onvoorspelbaar, waardoor het voor de scheidsrechter lastiger is goede looplijnen te nemen."

Bert fluit ook af en toe talentvolle jonge jeugd. "Daar kan ik enorm van genieten. Geweldig vind ik dat!"

"Als arbiter moet je er tegen kunnen om in je eentje op pad te gaan. Je bent immers solistisch bezig", zegt Blauw. Volgens hem zou het bevorderlijk voor verenigingen zijn, als spelers zelf tijdens trainingen gaan fluiten. "Hiermee kunnen ze zelf ervaren hoe het is, om scheidsrechter te zijn. En als je gemotiveerd bent, kun je starten als jeugdwedstrijdleider." Hierbij zijn aspecten als een aanspreekpunt of klankbord van belang om goede voorwaarden te creëren. ''Geef de jeugd een kleine vergoeding!"