Benjamin Sietsma van de BBC Voetbalschool geeft uitleg aan de jeugdspelers.
Benjamin Sietsma van de BBC Voetbalschool geeft uitleg aan de jeugdspelers. Foto: Klaas Rozema

BBC Voetbalschool: "De beste trainer ben je zelf!"

BURGUM - Jeugdspelers om pionnen laten lopen of blindelings opdrachten laten uitvoeren door trainers, maakt jonge voetballertjes niet beter, vindt Benjamin Sietsma, oprichter van de BBC Voetbalschool. "Trainers van deze voetbalschool creëren de omgeving om goed te kunnen oefenen, maar overladen jeugdspelers niet met opdrachten. De deelnemers zullen zelf leren oplossingen te vinden. Dat stimuleert hun creativiteit en dan komt het talent vanzelf bovendrijven."

Door Jelle Jeensma

Sietsma is initiatiefnemer van de BBC Voetbalschool, waarin jeugdspelers van BBC (jeugdafdeling van de beide Burgumer voetbalclubs BCV en VV Bergum) hun vaardigheden verder kunnen ontwikkelen. De BBC Voetbalschool wil tegenwicht bieden aan de commerciële voetbalscholen, zegt Sietsma. "Ik vind dat alle spelers moeten kunnen voetballen en oefenen, zonder daarvoor veel geld uit te hoeven geven." Jeugdspelers tot en met O13-teams kunnen bij de BBC Voetbalschool terecht, maar volgen daarnaast ook reguliere trainingen bij hun eigen club.

De trainers van de BBC Voetbalschool zijn actief als jeugdtrainer binnen BBC. "Elke groep van de BBC Voetbalschool heeft één trainer. Dat is herkenbaar voor de spelers en vergroot de betrokkenheid", zegt Sietsma. De trainers laten de jeugdspelers zoveel mogelijk vrij en zitten er niet 'bovenop'. Die vrijere benadering maakt dat ze zelf leren beslissingen te nemen. Sietsma: "Dat geeft ook de trainer rust, die hoeft dan niet steeds zo specifiek te coachen. De trainers brengen de spelers in situaties waarin ze zich kunnen verbeteren en bieden een omgeving, waarin ze zo goed mogelijk hun oefeningen kunnen doen. De taak van de trainer is om de deelnemers te motiveren om zoveel mogelijk te oefenen. Door deze manier van trainen ontdekken de spelers hoe ze zich het beste voetbalhandelingen eigen kunnen maken." Sietsma illustreert dit met een voorbeeld. "Aanvallen en vooruit spelen leren jeugdspelers het beste op een langgerekt veld. Simpelweg omdat de spelers enkel vooruit kunnen bewegen, omdat het veld zo smal is. De deelnemers dienen hierop te anticiperen en oefenen hiermee automatisch. Die situatie creëren we dan voor hen. Zo leren ze de ruimte herkennen en komen ze erachter hoe ze daarmee het beste om kunnen gaan. Het maakt niet uit of ze verkeerde keuzes maken, belangrijker is dat ze leren ontdekken hoe ze een spelsituatie kunnen oplossen."

Niet alle spelers leren even snel, maar ze hebben allemaal voordeel van deze aanpak. Door onder weerstand te trainen, leren ze en dat kunnen ze dan in de wedstrijden laten zien. "We oefenen tijdens de training op aanvallen en verdedigen, zowel breedte- en dieptespel komt aan bod. Als voorbeeld bij het breedtespel creëren de trainers een breed en kort veld met doeltjes aan de zijkanten. De verdedigende partij dient hierin met de bal mee te bewegen, gebeurt dat niet, dan is het gemakkelijk scoren voor de aanvallende partij. De verdedigende partij wordt dus onbewust geleerd om mee te bewegen met de bal, zonder dat de trainer dit zegt. Eigenlijk is in dit geval de speler zelf de beste trainer."
Deze manier van trainen vergroot de motorische ontwikkeling en stimuleert de creativiteit van de jeugdspelers. Daardoor wordt de basis gelegd voor later, vertelt Sietsma. "Ze ontdekken zelf wat het beste werkt, ontwikkelen een eigen voetbalgedrag en doen ervaringen op, die ze meenemen in hun acties."