
Middeleeuwse stoffelijke resten herbegraven
AlgemeenDe gemeente Noardeast-Fryslân heeft op het Zuiderbolwerk in Dokkum menselijke resten uit de Middeleeuwen herbegraven. Dat is donderdag 27 mei gebeurd. De stoffelijke overblijfselen kwamen aan het licht tijdens graafwerkzaamheden op De Markt in 2017 tot medio 2018 in Dokkum.
De Markt is aangewezen als beschermd archeologisch rijksmonument, omdat onder de huidige Markt nog resten liggen van een klooster met abdijkerk en toren. Ook is de grond eeuwenlang gebruikt als begraafplaats.
Korte plechtigheid
Er was een korte plechtigheid in aanwezigheid van onder andere burgemeester Johannes Kramer van de gemeente Noardeast-Fryslân, medewerkers van MUG Ingenieursbureau en vertegenwoordigers van historische verenigingen uit de regio.
Er is een nagenoeg compleet skelet in de authentieke kist ter aarde besteld en er zijn in twee onlangs aangebrachte grafkelders, diverse beenderen bijgezet, in een zogeheten ‘knekelgraf’.
Vrouw van circa 60 jaar
Het complete skelet is door deskundigen onderzocht. Het blijkt te gaan om een vrouw van 56-61 jaar. Ze was ongeveer 1,61 groot en had veel lichamelijke gebreken. De gebreken waren deels te wijten aan de slechte hygiënische omstandigheden uit die tijd en deels aan gebrekkige voeding.
Zerk met gedicht
Steenhouwerij Hutting uit Leeuwarden heeft speciaal een zerk gemaakt met daarop een gedicht van Dirk Rafaëlszoon Camphuysen, die op dezelfde begraafplaats is begraven. Delen van de op de Markt gevonden grafzerken zijn gebruikt in een mozaïek op de dekplaat.
Gemeentelijk dichter Geart Tigchelaar schreef een speciaal voor deze gelegenheid geschreven gedicht: ‘Salang’t de wyn’. Tigchelaar droeg dit ook voor tijdens de plechtigheid. De laatste strofe luidt: “Ek dizze striid is striden al is neat ivich / yn dit libben noch yn ’e dea. / Salang’t de wyn waait op dizze dwinger / en de sinne it skrinkelgrêf beskynt / fynsto hjoed en elk dy’t nei dy komt frede.”
In de Middeleeuwen werden doden in de kerk begraven. Toen er tegen het einde van de achttiende eeuw meer inzicht kwam in het belang van hygiëne als het ging om begraven, werd uiteindelijk niet meer begraven in de kerk. Vandaar de keuze voor het Zuiderbolwerk. In 1830 werd de begraafplaats aan De Markt geslecht en van bestrating voorzien.
Zuiderbolwerk
In 1981 werd de begraafplaats aan het Zuiderbolwerk gerenoveerd en werden oude en kapotte grafzerken verwijderd. Op een ander gedeelte waren vroeger – nog veel meer – graven van vooral armere Dokkumers. Die graven kregen houten kruisen. Deze graven zijn inmiddels verdwenen.
Mochten er in de toekomst meer botresten worden aangetroffen tijdens graafwerkzaamheden rond de Markt of elders in de stad, dan zullen deze in de grafkelders op de begraafplaats aan het Zuiderbolwerk worden gelegd.