Keapmanskeunsten: geslaagde première
NieuwsDe première van de Friestalige opera ‘Keapmanskeunsten’, vrijdagavond in het Iepenloftteater in Burgum. Op de voorgrond v.l.n.r de solisten Lucia Bazzano, Tet Rozendal, Sander de Jong en Jan Ate Stobbe. Rechts onder het koepeltentje de musici van Filharmonie Noord en dirigent Tjalling Wijnstra. Voor zover bekend zijn er voor vanavond, morgenavond en vrijdagavond nog wel kaarten beschikbaar.
‘Keapmanskeunsten’: geslaagde première
BURGUM – Nagenoeg uitverkocht (bijna zeshonderd kaarten) was de première van de Friestalige opera ‘Keapmanskeunsten’ afgelopen vrijdagavond in het iepenloftteater bij De Pleats in Burgum.
Door Gerrit van der Meer
De komende drie voorstellingen – vanavond, morgenavond en vrijdagavond – zijn (nog) niet uitverkocht. De opera was oorspronkelijk in het Nederlands geschreven door de Harlinger musicus en componist Martinus Schuil (1842-1899) met als titel ‘Franchemont de Marskramer’. Er was begin twintigste eeuw een Friese vertaling van gemaakt, maar die bleek voor vandaag de dag niet meer bruikbaar. Toneelschrijver Bouke Oldenhof heeft daarom een nieuwe, hedendaagse vertaling geschreven.
Tekst en muziek werden min of meer toevallig teruggevonden in een plastic zak in Tresoar: een gift van een opgeheven boekhandel van oude boeken en manuscripten. Conservator Siem van der Woude tipte dirigent Tjalling Wijnstra en die ging er mee aan de slag. Tot zijn verbazing was de kwaliteit van de muziek opvallend hoog. De componist Martinus Schuil had dan ook in Brussel gestudeerd en was later naar Friesland teruggekeerd.
Fries letterkundig archief Tresoar en Wijnstra namen samen de productie op zich. Filharmonie Noord (voorheen Nieuw Filharmonisch Orkest) onder leiding van dezelfde Wijnstra speelt de muziek en diverse operazangers en (Friese) acteurs zingen en acteren.
Omdat gekozen is voor het iepenloftteater als locatie, was de versterking (zowel voor de muziek als voor zangers/acteurs) een noodzaak: de buitenlucht heeft nu eenmaal minder akoestiek dan een professionele theaterzaal. Toch was de zang soms moeilijk verstaanbaar, maar dat kan ook aan de af en toe ‘meezingende’ kauwtjes in de bomen rond De Pleats hebben gelegen….
Een opera is geen ‘iepenlofttoaniel’: de nadruk ligt uiteraard op de zang. Dat geeft het geheel een ietwat statig karakter. Qua zang stak hoofdrolspeler Jan Ate Stobbe (‘de keapman’) boven de anderen uit, qua acteren gold dit voor oud-Burgumer Joop Wittermans.