Tjitske van der Kooi-Postma (94) vertelt over oprichting kringloopwinkel Samuel
NieuwsTjitske van der Kooi-Postma toont een foto van haar man Ybele in kringloopwinkel Samuel. (Foto: Klaas Rozema)
Tjitske van der Kooi-Postma (94) vertelt over oprichting kringloopwinkel Samuel
“Myn man siet mei de piip tusken it guod”
GYTSJERK/OENTSJERK – Kringloopwinkel Samuel in Gytsjerk viert dit jaar haar veertigjarig bestaan. Tjitske van der Kooi-Postma (94) uit Oentsjerk las het artikel hierover in deze krant en kon er nog heel wat aan toevoegen. Het was namelijk haar man Ybele van der Kooi, destijds uit Mûnein, die de winkel begon.
Door Marije Blacquière
“Acht jier lang hat hy it allinnich dien”, vertelt mevrouw Van der Kooi. De kringloopwinkel was een resultaat van een rommelmarkt die de gereformeerde kerk van de Trynwâlden organiseerde om geld in te zamelen voor een kindertehuis in Paramaribo. Er bleef zo veel spul over; Van der Kooi wilde daar iets mee doen. “Hy fûn it skande dat it kocht wurde soe troch in opkeaper, wylst it bernetehûs ferlet hie fan jild”, zegt de 94-jarige.
Ybele van der Kooi kaartte het verhaal aan bij een bedrijfseigenaar. “Dy sei: ’Kinst wol in plakje krije yn it Flaaksfabryk yn De Mûnein. Krijst it foar in doaske sigaren.’” Iedere dag kwamen er mensen om te sneupen, spullen te kopen of te brengen. Soms draaide het erop uit dat de bezoekers mee-aten bij de familie Van der Kooi, of een kopje thee kwamen drinken.
Het was altijd heel gezellig in de kringloopwinkel, zegt de weduwe van Ybele, die zeventien jaar geleden overleed. “Dan siet myn man dêr midden yn it spul syn piip te smoken, wylst der minsken omrûnen. Dêr haw ik noch wol in moaie foto fan.” De hele familie kent de verhalen inmiddels: Tjitske van der Kooi pakt graag het fotoalbum erbij en vertelt dan over vroeger. Over hoe haar man het eerst allemaal alleen deed, en later hulp kreeg van ’Vriendenkring Samuel’. Over de vele telefoontjes, en haar man die een begrip in de omgeving werd. Over de verhuizing van de kringloopwinkel naar het oude schoolgebouw van Oentsjerk, en later naar de zuivelfabriek in Gytsjerk. Haar veertien kleinkinderen hebben de herinneringen allemaal wel eens gehoord. Inmiddels zijn er tweeëntwintig achterkleinkinderen, die de geschiedenis ook wel te horen zullen krijgen. “Der binne sa folle moaie foto’s”, zegt kleindochter en naamgenoot Tjitske van Dijk uit Broeksterwâld. Haar grootmoeder is nog erg bij de tijd, vertelt ze, en is nog altijd betrokken bij de winkel die haar man oprichtte. “Elke wike komt beppe noch by Samuel.”